zondag 21 juli 2013

Slim Punt

Met een smartphone kan je waar je ook bent kijken wat voor weer het is in Timboektoe. Of het laatste nieuws volgen. Of Whatsappen met een ieder die ook een smartphone heeft. Met internetabonnement, anders werkt het niet. Beetje jammer dat de pret maar een paar uur kan duren. Dan is de batterij leeg en ben je weer net zo onthand als voor het mobiele tijdperk. Erger nog eigenlijk want inmiddels bestaan er ook geen telefooncellen meer. U weet wel, zo’n  groen hokje met veel glas met een vaste telefoonaansluiting waar je een kwartje, bestaat ook niet meer, in kon gooien om te bellen.  Wat ben ik blij met mijn ouderwetse Nokia.

De dames wilden de plaatselijke middenstand blij maken en lieten de gezinsbolide tot onze beschikking. Dus zoonlief en ondergetekende hadden de handen vrij om te doen wat we niet mogen als de dames erbij zijn zoals bier drinken terwijl je nog moet rijden en patat met mayonaise en frikadel snacken terwijl je nog moet eten. Omdat we in Limburg waren moesten we ook naar het Drielandenpunt. Dat hoort zo. Op kilometers afstand voor het eigenlijke Punt stond een bord waarop stond “Laatste Parkeergelegenheid!”. Iedereen weet dat zo’n waarschuwing voortkomt uit commerciële motieven en niets met de plaatselijke ruimtelijke ordening van doen heeft. Dus gaven we nog wat extra gas en belandden we bij Het Drielandenpunt. Daar was inderdaad geen parkeerplaats maar wel een onooglijk smal weggetje met een bordje dat je er niet harder op mag dan met 30 km/uur. Niets over verboden voor zwarte Fords uit 2003. Dus gas erop en karren maar. Na nog geen honderd meter werd ons de doorgang versperd door hordes toeristen. Wij vroegen ons af waarom die in hemelsnaam midden op de weg stonden. Na enig aandringen met de voorbumper werd ons, hetzij dan met wat verongelijkt kijken, doorgang verleend. Pal naast ons verrees een grote stenen obelisk, leuk aangekleed met gebeeldhouwde letters NL en B. Er zal aan de achterkant beslist een D hebben gestaan. We waren over het heiligdom der heiligdommen gereden. Vlak daarna een leeg parkeervak. Zei ik het niet? Aan de andere kant van de weg lag een hectare groot bestraat terrein met daarop een terras, een horecagelegenheid, en Belgische uitkijktoren, een friettent, hier en daar een toerist en verder niets. Ruimte genoeg voor een fatsoenlijke doorgaande weg naar België en nog veel meer parkeerplaatsen. Maar nee, het Drielandenpunt bestaat uit een met klinkers bedekte kale vlakte met aan de rand, verstopt achter een boom en een heg, een schamel aangeklede cirkel van zes meter doorsnede met een marmeren paal en drie vlaggen. En over die zes meter cirkel loopt de doorgaande weg naar België. Die drie vlaggen fleuren de boel nog een beetje op. Ik verbaas me niet zo snel meer over de kronkels waartoe de menselijke geest in staat is maar de inrichting van het Drielandenpunt kan alleen aan een zeer ernstig vertroebelde geest zijn ontsproten.

Op het drielandenterras schoof zo nu en dan op trage wijze een zwarte gedaante met gebogen hoofd heen en weer. Ik had die avond ervoor gelezen in een boek over enge spoken en andere paranormale idioten dus even dacht ik dat spoken echt bestaan. Het bleek echter een horecamedewerker te zijn. Omdat ons niet duidelijk werd waartoe zijn geschuifel diende en hij, het was een jonge man, ook geen aanstalten maakte om het ons te vertellen liep ik hem na tot in zijn domein. Geschrokken keek hij op en meteen werd me duidelijk waardoor hij werd afgeleid. Zijn smartphone speelde zojuist een, kennelijk heel boeiend,  gewhatsappt filmpje af. Toch handig, zo’n ding.