dinsdag 21 oktober 2025

Religieus populisme

 

De SGP voert campagne. Verkiezingstijd, vandaar. Men gaat er met het gestrekte been in. Durfal Chris Stoffer, de baas van de SGP, ging er zelfs mee naar Jinek. Het gevolg is bekend: geen. Wie in Chris Stoffer gelooft blijft dat wel doen en wie het niet doet blijft dat ook wel doen. Waarmee volgens mij de volkomen zinloosheid van de SGP wel is aangetoond; het is preken voor eigen parochie. In SGP kringen is abortus en euthanasie niet gebruikelijk durf ik zomaar te stellen. Zij mogen dat niet van hun imaginaire vriend. En dat is prima. Zo heeft Bacchus (https://denapp.blogspot.com/2011/12/dominee-ik-drink-er-uit-naam-van.html) mij ooit eens verboden om bessenjenever te drinken en daar houd ik me graag aan. Want Bacchus heeft zelf gezegd dat bessenjenever erg vies is. Zoete rommel. Maar ik ga niet de straat op om te posten bij slijterijen om mensen aan te spreken die bessenjenever dreigen te kopen en ze op opdringerige wijze foldertjes in handen te drukken over het verderfelijke gebruik van bessenjenever.  Dus de SGP moet ook niet het publieke domein in gaan om anderen hun overtuiging op te dringen.

De SGP heeft posters laten maken waarmee men ons te lijf gaat. Ik heb ze in Ter Apel nog niet gezien en moest ze ook op internet opzoeken. Er zijn vier varianten. 1: Elke maand puzzelen! Dus abortus? 2: Gebrek aan woonruimte. Dus abortus? 3: It’s a girl! Dus abortus? 4: Het gezin is compleet! Dus abortus?

Even over nummer 1: Er bestaat ook nog zoiets als voorbehoedsmiddelen maar die zijn bij de SGP ook verboden. De SGP denkt dat vrouwen voor hun plezier abortus ondergaan. Of uit gemakzucht. Hoe dom kun je zijn. Ik heb speciaal voor dit stukje poster nummer 2 even wat aangepast. Wie de schoen past trekke hem aan.





We hebben in Nederland wetgeving over abortus en euthanasie. Daar is een maatschappelijke discussie aan vooraf gegaan. En er zijn debatten over gevoerd. Kennelijk waren de argumenten van de SGP niet doorslaggevend. Misschien komt dat wel omdat het merendeel van de Nederlanders niet gelooft dat er een hele oude meneer hoog boven de wolkjes woont. Hopelijk komt er ook ooit nog eens fatsoenlijke wetgeving over het vrijwillig gekozen levenseinde. Ook daar zullen de argumenten van de SGP niet doorslaggevend zijn. Wen er maar aan. Als mensen niet gevoelig zijn voor jouw boodschap ligt dat niet aan die mensen maar aan de boodschap. Ook al komt die boodschap uit een 2000 jaar oude roman.


donderdag 28 augustus 2025

De pratende paardenbloem.

Laatst liep ik door de mooie Ter Apeler natuur. Ik kwam langs een veld met hoog gras en bloemen en andere planten. Bloemen en andere planten heten tegenwoordig kruiden. Vaak voorafgegaan door een bijvoeglijk voornaamwoord zoals ´heilzaam´. Duurzaam, gezond en biodivers. Het was een warme luie dag en ik besloot om even languit in het gras met de kruiden te gaan liggen. Dergelijke momenten zijn zeldzaam want normaal heb ik daar geen geduld voor. Maar goed, nu was het dan zover. Na enige tijd meende ik een stem te horen. Het was een zachte meisjesachtige stem. Ik verklaarde mezelf voor gek, wat weinig moeite kost, en ging verder met mijn gedachten. Maar het stemmetje was er, onmiskenbaar. Het stemmetje zei: „Ik ben een paardenbloem. Ik wil je iets vertellen. Ik groei hier omdat de grond slecht is en ik kan de grond weer goed maken, zelfs als ik dood ben.“ Of iets van die strekking.

Bovenstaande alinea heb ik uit mijn duim gezogen. Ik lag helemaal niet in het gras. Ik las het op Facebook. Een veel doorgestuurd bericht. Ik heb niks tegen paardenbloemen en vind een gezonde bodem met veel biodiversiteit het mooiste wat er is. Maar het gaat mij om de boodschap. Of eigenlijk meer de vorm van de boodschap. Dit is kennelijk de manier waarop je mensen moet aanspreken. De mensheid functioneert op het niveau van een vijfjarige? Misschien wat overdreven. Maar op televisie (ook zo iets inderdaad) zag ik een mevrouw die er voor had doorgeleerd zeggen dat Trump een impulsieve kleuter is. Als de baas van de VS al een impulsieve kleuter is dan kan het met de mensheid bijna niet beter gesteld zijn. En dat is ook zo, in de Ster Reclame komt elke avond een pratend beertje langs. Het beertje kan door jouw wasgoed kruipen en dan ruikt alles heel erg fris! En mensen die aan die bloemenberenkleertjes ruiken doen dan een debiel tiktokdansje. Zegt dit iets over de doelgroep of zegt dit iets over de reclamemakers? Het zegt iets over de hele mensheid: een argeloos stelletje goedgelovige holbewoners die je alles op de mouw kan spelden. En dat lukt al ruim 2000 jaar. Hoe sterker het verhaal hoe meer ze het gaan geloven. Geen wonder dat populisme zo goed werkt. 

Pim Fortuyn vertelde ooit een journalist dat ze eerst de moedermavo moest gaan afmaken. Nou, nou, dat was wat! En zie waar we terecht gekomen zijn: ons laatste kabinet had een minister van asiel die nu tijd en wachtgeld genoeg heeft om haar algemene ontwikkeling en omgangsvormen wat bij te spijkeren. En misschien kan ze een keer naar een echte dameskapper. Ze vind er wel een in de Tweede Kamer van de kappervakschool.

Wat het ook goed zou doen op Facebook is een voorlichtingsfilmpje over de landelijke politiek: „Hallo, ik ben een Kamerlid, ik wil je iets vertellen. Ik zit hier niet om het land te helpen besturen maar om herkozen te worden. Daarom verzin ik allemaal dooddoeners en drogredenen om je voor de gek te houden. Zodat je op mij blijft stemmen zodat ik in de Tweede Kamer kan blijven en ruim 140.000 euro per jaar opstrijk met niks doen. Nou ja…niks. Het is nog best lastig hoor want ik mag niks zeggen en moet doen wat de fractievoorzitter zegt. En als dameskapper ben ik gewend nogal te zwetsen tegen oude dames die toch niks terug zeggen dus het valt allemaal niet mee.“

Ik hoop dat zo´n filmpje er niet komt. Want van zwetsende Kamerleden wordt niemand beter. Dan is er wel een beter idee voor een voorlichtingsfilmpje. Geen pratend Kamerlid maar een pratend petje. „Hallo, ik ben een baseball cap. Je hoort mij te dragen met de zonneklep naar voren. Zodat de zon niet in je ogen schijnt....... “. Ik denk dat dat beter aansluit bij de belevingswereld van de aanhang van onderhavig Kamerlid.

zondag 23 februari 2025

Johannes is moe.

In de heerlijkheid Westerwolde, daar waar de Runde vanaf het Bargerveen komende uitmondt in de Ruiten Aa, ligt op een zandplaat, verscholen in de bossen, het Klooster Ter Apel. Het is september 1606. Johannes zit in de priorkamer. Hij is net terug van zijn rondgang over de kloosterenclave. Veel meer dan een moestuin is het niet meer. Sinds het vertrek van de meeste broeders is er gewoon te weinig mankracht. De pachtboeren doen het beter en zijn Johannes nog goed gezind. Het kloosterbos biedt een treurige aanblik. Er zijn weer eens bomen gekapt. Van de daders natuurlijk geen spoor. Verder is het dak van het Ossenschot bij Hanetange ingezakt. Dat moet voor de winter hersteld worden. Maar door wie?



Johannes is nu tevens predikant van de Hervormde Kerk en dan is er nog het gasthuis. Er zijn nog maar een paar broeders en die zijn ook al op leeftijd. Ze mochten destijds blijven en die hielpen Johannes daar waar het kon maar er was gewoon teveel werk. Johannes had gevraagd om personeel aan te mogen nemen. Er was weerstand tegen. Men was bang dat Johannes ze de katholieke geloften zou laten afleggen. Wat een onzin. Johannes was nu toch predikant? En hadden ze hem niet zelf toestemming gegeven om te trouwen? Nou ja, uiteindelijk zullen de extra arbeiders er wel komen want het Klooster was een belangrijke schakel in de voedselvoorziening. En er was in dit ruige gebied behoefte aan veilig onderdak voor reizigers. De Staatsen konden helemaal niet zonder Klooster Ter Apel. Zijn vrouw Anna was goed voor hem. Ze was slim en hielp Johannes met het bestieren van het gasthuis en de landerijen. Al ging het wel wat langzamer allemaal, nu hun dochter Hendrikje er was. 

De priorkamer van het klooster was nu de woning van Johannes en Anna. Hij legt het hoofd achterover en sluit zijn ogen. Meteen is hij weer terug in 1587. Hij was net gekozen als abt of hij kreeg de zwaarste taak van zijn leven. Er waren een aantal vrouwen opgepakt. Ze werden beschuldigd van hekserij. Johannes moest naar de burcht te Wedde om het proces te leiden. Wat wist hij nou van heksen? Maar hij was een vooraanstaand vertegenwoordiger van de kerk en hij had er maar te zijn. Wie anders dan een priester kon weten wat de duivel allemaal uitspookt? Hij kon sindsdien nauwelijks een nacht doorslapen. Steevast werd hij wakker van het gegil en gekrijs van de vrouwen. De beul van Farmsum had zichtbaar plezier in zijn werk.

Plotseling werd de deur van de priorkamer opengegooid. Twee naakte vrouwen stormden naar binnen. Ze zagen er vreselijk uit, overal wonden en brandplekken en besmeurd met hun eigen vuil. Ze gilden het uit: „Johannes! Johannes! Red ons!“ Vlak daarachter kwam de beul binnen, zijn lederen hoofdkap hing in zijn nek. Zijn gezicht nat van het zweet. In zijn hand hield hij een roodgloeiende pook waarmee hij in de richting van de vrouwen prikte. „Kom hier, ik zal jullie je heksenwerk afleren!“ Met drie grote stappen stond hij bij Johannes. Hij hief zijn pook omhoog om uit te halen en met zijn andere hand greep hij Johannes bij de keel. „Voor jou is er ook een brandstapel....!“ Johannes schreeuwde het uit. Hij schopte met zijn benen en maaide met zijn armen.

 „Johannes! Johannes wordt wakker.....“, het was Anna. Haar koele hand op zijn wang, Hendrikje nestelde zich op zijn schoot. “Waren de vrouwen weer op visite?“ „Ja, de beul kwam ook weer eens langs....“, zuchtte Johannes. „Er is bezoek voor je.....“ zei Anna. Twee heren uit Groningen zaten in de refter. Anna had ze voorzien van eten en drinken. De broeders hadden de paarden uitgespannen en het rijtuig stond al in de schuur. Ze zouden 1 nacht overblijven en morgenvroeg zouden ze weer vertrekken richting Groningen. Johannes fatsoeneerde zijn uiterlijk zo goed en zo kwaad als mogelijk en begaf zich naar de refter. Hij heette de heren welkom en schoof bij ze aan. Anna bracht een kruik bier. „Goed nieuws Johannes!“ zei de oudste en hoogste in rang. „Je kunt werkvolk aannemen. Je geeft ze kost en inwoning en een paar stuivers loon. Maar let op! Het tiendengeld blijft. Je haalt het maar uit de extra opbrengst die ze je zullen opleveren. En nog wat; we willen morgen een vat bier en 2 zak meel op de wagen. En flink vol Johannes! Geen aangebroken rommel. Het zou jammer zijn als de wintervoorraad hooi in brand vliegt. Begrijpen we elkaar.....?“ Johannes knikte gedwee. Ook Anna hield haar mond. Zij zou vannacht met Hendrikje bij de dienstmeiden op zolder slapen, in een kamertje achter de ziekenzaal. Daar waren ze veilig. De Groningers zouden vanavond dronken worden en schreeuwen om meer bier.