De wipkippenfabriek telt ca. 60 medewerkers en een van de
offers was het inleveren van het salaris van het eerste uur overwerk. Het
totale pakket aan offers zou een kostenbesparing opleveren van 100.000 euro.
Onbelicht bleef de vraag hoe het kan dat er moet worden overgewerkt ten tijde
van een stagnerende afzet en hoe zich dat verhoudt tot het gevraagde loonoffer.
Ook bleef onbelicht hoe het mogelijk is dat een besparing van 100.000 euro op
de totale loonsom van 60 medewerkers meer is dan een druppel op een gloeiende
plaat. De ondervraagde medewerker daarentegen vroeg zich dat ook niet af en
vond het verzoek van zijn wipkippendirectrice redelijk. Hoe argeloos kun je
zijn dacht ik bij mezelf. Ik verdenk de directrice er van dat ze hetzelfde
dacht en daarom in staat was die zelfvoldane grijns op haar gezicht te toveren.
Het verzoek om een loonoffer lijkt op het eerste gezicht billijk
maar er zitten een aantal flinke adders onder het gras. Zo wordt er nergens
gerept van een winstdeling als het weer goed gaat met het bedrijf. Want als je moet
meebetalen aan het verlies mag je toch ook meedelen in de winst lijkt me.
Verder is er geen garantie dat het loonoffer een eventueel onverhoopt bankroet
voorkomt. In dat geval snijdt het personeel zich namelijk twee maal aan
hetzelfde mes want de werkloosheidsuitkering is een percentage van het laatst
verdiende loon. Ook komt het verzoek om een loonoffer op een moment dat het op de
arbeidsmarkt ronduit slecht gesteld is en het weigeren van het loonoffer
ongeveer gelijk staat aan het tekenen van je eigen ontslagvergunning bij de onvermijdelijk
volgende reorganisatie. Verder beschikt het personeel niet over dezelfde informatie
als de directie en kan dus niet objectief beoordelen of het verzoek er
redelijkerwijs toe bijdraagt dat het bedrijf blijft voortbestaan. Daarmee is een
verzoek om een loonoffer een beroep op het moreel van de werknemer. En dat op
een moment dat die in een uiterst zwakke positie staat. En dat is ronduit
immoreel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten