zaterdag 28 november 2015

Ontvriend



In de loop der jaren verzamelt een mens vele, de een wat meer dan de ander, Facebookvrienden. Telkens als je ergens nieuw komt, of nou een werkkring of een hobbyclub is, dienen zich een aantal nieuwe Best Friends aan. De vrienden van voormalige sociale omgevingen blijven aanvankelijk gewoon vriend. Je volgt ze en reageert op berichten alsof je ze nog dagelijks ziet. Naar verloop van tijd wordt dat minder. Soms zet je ze zelf op ‘niet volgen’ of blijven reacties van hun kant uit. In het laatste geval ben je dan zelf op niet volgen gezet. In een aantal gevallen is een Facebookrelatie blijvend.

Het overkomt mij nog wel eens dat personen uit een ver verleden plotseling in mijn RAM-geheugen opduiken. Ik kan daar niks aan doen. Dan zit ik gewoon achter het stuur gezellig gas te geven en plotseling is daar die oude jeugdvriend, vlam, klasgenoot, collega of ver familielid en die blijft me vanaf de rand van mijn stuur aankijken alsof hij of zij zeggen wil: “Hallo! Ken je me nog?”. Bij een scherpe bocht zet men zich schrap en kijken ze je even verwijtend aan maar houden desondanks dapper stand. Op plaats van bestemming springen ze snel op je schouder en klampen zich vast in je kraag. Zodra mijn laptop zich voor me ontsluit springen ze op de toetsen en roepen: “Zoek me op! Zoek me op!”. Soms vind ik iets en soms niet. En soms bedenk ik me net op tijd.

En soms kom ik in zo’n geval iemand tegen die al Facebookvriend is. Of was. Iemand die ik hoog heb zitten. Niet dat ik zo iemand vaak ontmoet of spreek maar die ik toen dat nog wel zo was gewoon erg aardig vond. “Hoe is het toch met…….”, denk ik dan. En prompt duikt de profielfoto van zo iemand op. En na drie klikken ontdek ik het. Ik ben ontvriend. Eerst de verbazing en dan de pijn. Woede en verdriet strijden om voorrang. Oh god, ik ben ontvriend. Waar ging het mis? Heb ik iets gedaan of gezegd? Was het slechts Facebookvriendschap uit beleefdheid en was men blij dat ik uit hun leven verdween zodat ze me weer konden deleten? Twijfel, paranoia en smart. Ik ben ontvriend.

Wie weet nog van die eerste vakantie zonder ouders, toen we nog heel jong waren. Op een camping vol leeftijdgenoten. Dat ene meisje waar je het in die week heel goed mee kon vinden. En die je daarna nooit meer hebt gezien. Hoe heette ze ook alweer? En weet je nog van die vakantie toen onze kinderen nog klein waren met dat gekke stel uit Friesland. Wat hebben we lol gehad samen. Nooit meer wat van gehoord. Of dat stel wat we op dansles tegen kwamen. Nooit wat geworden. En die ene collega van je eerste baan. Die vertegenwoordiger die altijd op vrijdagmiddag kwam en de hele boel op stelten zette. Wat hebben we gelachen om die gek en nadien kwam er nauwelijks nog werk uit handen. Of de eerste afspraak, dat was in Enschede, met de eerst klant toen ik zelf de hort op ging. Dat was ook een aparte drol, hij kocht nooit wat maar oh wat kwam ik er graag. Of, of….. Ach, hou toch op. De eerste tongzoen in de fietsenstalling. Je eerste fles bier in de jeugdsoos die je daarna achter een boom weer uitkotste. Nee, stoppen nu. Ik kan wel uren doorgaan. Wat kom je in een mensenleven veel mensen tegen die je het liefst altijd bij je zou houden maar die je toch moet laten gaan. Omdat die dingen gewoon zo gaan. Er zijn er ook een paar bij die me, als ik een melancholische bui heb, danig uit de slaap kunnen houden. Wat zou er gebeurt zijn als sommige dingen net even anders zouden zijn gegaan? Had ik dan nog het leven gehad wat ik nu heb? Nee nee, geen spijt, gewoon melancholie. Heeft u dat nooit? Tuurlijk wel.

En nu is er Facebook. Een naam uit de prehistorie schiet je te binnen en vol verwachting typ je het in. Niks. Je bent ontvriend.

woensdag 11 november 2015

Aswolk boven Hooge Hoed Sappemeer



Reacties van mij op gebeurtenissen in omroepland komen altijd wat aan de late kant. Ik moet altijd eerst heel lang Googelen over wie het gaat en wat er gezegd is. Sorry. Ook al ben ik geen groot televisiekijker, het aanbod is desondanks overweldigend. Heb ik laatst al eens geschreven over de Pekela-blunder van de EO, is nu weer Hoogezand Sappemeer in opspraak. Ik kan wel aan de gang blijven met de omroepen en dat kan de bedoeling toch niet zijn. 

Natuurlijk kan je wat vinden van de uitspraak van televisiemeneer Herman Zaalberg die het item over de protesten tegen het nog te bouwen crematorium mocht doen van zijn hoofdredacteur. Zaalberg dacht eens grappig te zijn en te verzuchten dat “…je er dood nog niet gevonden wilt worden”. Leuke beeldspraak wel, maar toch tegen vele zere benen. En niet eens zo heel ver gezocht want wie wil er nou helemaal dood gevonden worden in Hoogezand Sappemeer. De mensen die er wonen natuurlijk wel, al hoeft het niet persee vandaag of morgen, ieder ander gaat liever gewoon thuis dood neem ik aan.

Los van de wat onhandige uitspraak van Zaalberg vind ik de uitspraken van de tegenstanders van het crematorium ook van bedenkelijk niveau. Zware metalen op de boerenkool en aswolken boven de bebouwde kom. Dan hoor je het bericht op RTV-noord dat alle vluchten van en naar Airport Groningen-Eelde voor onbepaalde tijd zijn geannuleerd wegens een grote aswolk boven de provincie Groningen. Blijkt crematorium ‘De Vulkaan’ in H&S een paar kiloton vliegas, verontreinigd met zware metalen, te hebben uitgestrooid. Al met al zijn we een bedenkelijk treurig volkje aan het worden. We willen geen windmolens, geen asielzoekers en nu ook al geen crematorium meer in ons dorp. De omroepen komen zowat zendtijd te kort om waar dan ook in Nederland weer eens een lokale zeurpiet iets treurigs te laten zeveren. Zelfs op de kindertelevisie is het kommer en kwel. Ik kan me voorstellen dat Meneer Aart er de brui aan geeft. Sesamstraat is vol. Windmolens, asielzoekers en oude mannen die al honderd jaar dezelfde stemmetjes nadoen in een poppenkast. Voor je het weet komt er ook nog een crematorium.

Voordat ik gisteravond onder zeil dan wel gestrekt ging ving ik nog snel een glimpje sportjournaal op. Ik heb gelukkig helemaal geen verstand van voetballen. Van horen zeggen weet ik dat er programma’s zijn waarin een stel kinkels op leeftijd rond een tafel gaan zitten en dan uren achtereen over voetballen gaan zitten lullen. Wie kijkt daar dan naar vraag ik me af. Treurig. Maar goed, terug naar gisteravond. Opeens komt er een voetballer in beeld. Dat zag ik meteen want hij stond in een voetbalstadion. Ik heb moeten Googelen om er achter te komen wie het was: Memphis Depay. Meneer Depay is in opspraak. Hij draagt een hoed. De wereld is te klein. Meneer draagt een hoed. Ik werd witheet van de verslaggever. Ik heb niet opgezocht wie dat is, ik kon het niet meer opbrengen. “Wie denkt Meneertje Aankomend Voetballertje wel niet dat hij is dat hij nu al een hoed mag dragen……?”, neuzelde de verslaggever. Het was een serieuze vraag. Gespannen wachtte ik af wat er nog meer zou komen. Bijvoorbeeld iets over de onderbroek van de man. Of zijn sokken. Ik noem maar wat. Of deze: “Wie denk je wel dat je bent dat je als broekie nu al je vriendin anaal mag nemen? Alleen stervoetballers doen dat!”. Ik weet niet van welke planeet je moet komen om bij het sportjournaal te mogen werken maar het staat wel vast dat die planeet heel erg ver weg moet zijn. Niburu bijvoorbeeld. Nu begrijp ik ook waarom voetballers veel moeten verdienen. Het is smartengeld. Er lopen zelfs sportlieden rond in Nederland die PTSS hebben opgelopen van sportverslaggevers. Die brengen zomaar de helft van de tijd door in een psychiatrisch ziekenhuis. In groepssessies doen ze huilend verslag van de interviews die ze met sportverslaggevers hebben moeten ondergaan. Wreed.

Mocht het onverhoopt ooit zover komen dat deze sportverslaggever moet worden uitgestrooid, dan liever niet over het strooiveld van De Vulkaan in H&S. Ik eet nog liever mijn hoed op.