In de loop der jaren verzamelt een mens vele, de een wat
meer dan de ander, Facebookvrienden. Telkens als je ergens nieuw komt, of nou
een werkkring of een hobbyclub is, dienen zich een aantal nieuwe Best Friends
aan. De vrienden van voormalige sociale omgevingen blijven aanvankelijk gewoon
vriend. Je volgt ze en reageert op berichten alsof je ze nog dagelijks ziet.
Naar verloop van tijd wordt dat minder. Soms zet je ze zelf op ‘niet volgen’ of
blijven reacties van hun kant uit. In het laatste geval ben je dan zelf op niet
volgen gezet. In een aantal gevallen is een Facebookrelatie blijvend.
Het overkomt mij nog wel eens dat personen uit een ver
verleden plotseling in mijn RAM-geheugen opduiken. Ik kan daar niks aan doen.
Dan zit ik gewoon achter het stuur gezellig gas te geven en plotseling is daar
die oude jeugdvriend, vlam, klasgenoot, collega of ver familielid en die blijft
me vanaf de rand van mijn stuur aankijken alsof hij of zij zeggen wil: “Hallo!
Ken je me nog?”. Bij een scherpe bocht zet men zich schrap en kijken ze je even
verwijtend aan maar houden desondanks dapper stand. Op plaats van bestemming
springen ze snel op je schouder en klampen zich vast in je kraag. Zodra mijn laptop
zich voor me ontsluit springen ze op de toetsen en roepen: “Zoek me op! Zoek me
op!”. Soms vind ik iets en soms niet. En soms bedenk ik me net op tijd.
En soms kom ik in zo’n geval iemand tegen die al
Facebookvriend is. Of was. Iemand die ik hoog heb zitten. Niet dat ik zo iemand
vaak ontmoet of spreek maar die ik toen dat nog wel zo was gewoon erg aardig
vond. “Hoe is het toch met…….”, denk ik dan. En prompt duikt de profielfoto van
zo iemand op. En na drie klikken ontdek ik het. Ik ben ontvriend. Eerst de
verbazing en dan de pijn. Woede en verdriet strijden om voorrang. Oh god, ik
ben ontvriend. Waar ging het mis? Heb ik iets gedaan of gezegd? Was het slechts
Facebookvriendschap uit beleefdheid en was men blij dat ik uit hun leven
verdween zodat ze me weer konden deleten? Twijfel, paranoia en smart. Ik ben
ontvriend.
Wie weet nog van die eerste vakantie zonder ouders, toen we
nog heel jong waren. Op een camping vol leeftijdgenoten. Dat ene meisje waar je
het in die week heel goed mee kon vinden. En die je daarna nooit meer hebt
gezien. Hoe heette ze ook alweer? En weet je nog van die vakantie toen onze
kinderen nog klein waren met dat gekke stel uit Friesland. Wat hebben we lol
gehad samen. Nooit meer wat van gehoord. Of dat stel wat we op dansles tegen
kwamen. Nooit wat geworden. En die ene collega van je eerste baan. Die vertegenwoordiger
die altijd op vrijdagmiddag kwam en de hele boel op stelten zette. Wat hebben
we gelachen om die gek en nadien kwam er nauwelijks nog werk uit handen. Of de
eerste afspraak, dat was in Enschede, met de eerst klant toen ik zelf de hort
op ging. Dat was ook een aparte drol, hij kocht nooit wat maar oh wat kwam ik
er graag. Of, of….. Ach, hou toch op. De eerste tongzoen in de fietsenstalling.
Je eerste fles bier in de jeugdsoos die je daarna achter een boom weer
uitkotste. Nee, stoppen nu. Ik kan wel uren doorgaan. Wat kom je in een
mensenleven veel mensen tegen die je het liefst altijd bij je zou houden maar
die je toch moet laten gaan. Omdat die dingen gewoon zo gaan. Er zijn er ook
een paar bij die me, als ik een melancholische bui heb, danig uit de slaap kunnen
houden. Wat zou er gebeurt zijn als sommige dingen net even anders zouden zijn
gegaan? Had ik dan nog het leven gehad wat ik nu heb? Nee nee, geen spijt,
gewoon melancholie. Heeft u dat nooit? Tuurlijk wel.
En nu is er Facebook. Een naam uit de prehistorie schiet je
te binnen en vol verwachting typ je het in. Niks. Je bent ontvriend.