De Middelbare Detailhandel School is een houten gebouw. Het
ruikt er naar spaanplaat. Formaldehyde. Tegenwoordig mag er in spaanplaat geen
lijm meer worden gebruikt waar formaldehyde in zit. Op de wc’s hangen conservenblikken
met een beugeltje van ijzerdraad aan een spijkertje hoog aan de wand, vlak
onder het plafond. Lysol. Ze zijn gemaakt en opgehangen door de leraar
handvaardigheid. De leraar warenkennis, een soort scheikunde, zorgde voor de
lysol. Ze zijn bedoeld als luchtverfrissers. De lucht van formaldehyde vermengd
met lysol zal me altijd bijblijven. Het herinnert me aan mijn schooltijd. De
tijd van voor de Regionale Opleiding Centra, toen scholen nog werden opgericht
en geleid door bevlogen plaatselijke notabelen die een leemte in onderwijsland
opvulden. Voordat de overheid zich ermee ging bemoeien en alle scholen
samenvoegde tot leerfabrieken met een manager aan het roer die zeer geïnteresseerd
is in het aantal leerlingen maar niet in hoe het met ze gaat.
Naast de MDS stond een flat. Een blok van zeven verdiepingen
met elk 4 woningen en daaraan geschakeld een blok van vijf verdiepingen met elk
5 voordeuren. Achter de flat lag een parkeerterrein voor de bewoners. Leraren
en leerlingen mochten daar niet parkeren. Ik reed in die jaren wel eens mee met
een klasgenoot die al een rijbewijs en een auto had. Sommige jongens parkeerden
er stiekem toch wel eens en steevast stoof er dan een oud mannetje uit de flat
die op hoge toon verhaal kwam halen bij de directeur.
De flat staat er nog. Ik kom er nu voor de ventilatie. De
houten school is er niet meer. Nu staat er een dependance, ook wel ‘locatie’
genoemd, van zo’n grote ROC. Het oude mannetje is er ook niet meer. Die kijkt
nu van gene zijde naar een oud-leerling die 35 jaar later zijn werkbusje op
zijn oude parkeerplaats zet. In zijn woning woont nu een mevrouw die koffie
voor me zet. Senseo doet ze nooit, alleen echte koffie. Ik aanvaard het
dankbaar. We raken in gesprek. Mevrouw kan praten met geesten. Ook kan ze
dolende zielen die nog niet beseffen dat ze dood zijn de weg naar het licht wijzen.
Het is een zware last. Ze heeft deze gave altijd al gehad maar ze deed er nooit
iets mee. Maar toen ze hier kwam wonen kon ze plotseling niet meer slapen en
had ze altijd het idee dat ze niet alleen in huis was. Toen zocht ze contact
met een medium en die heeft haar huis gezuiverd. Nu is ze zelf ook medium en
kan ze de geesten en dolende zielen ‘een plekje geven’. Dat geeft wat rust maar
ze zijn er desondanks altijd. Ze zoeken haar op. Geesten weten wie de gave
heeft en komen op zo’n persoon af. Iedereen heeft die gave maar niet iedereen
staat er voor open. Ik vrees dat ik tot die laatste groep behoor. Maar wie weet
komt het Vliegend Spaghettimonster nog eens op mijn schouder tikken.
Vermoedelijk zal dat dan zijn om een bestelling bier door te geven.
Ik vertelde het verhaal van het oude mannetje die wij op de
kast joegen door de auto op zijn plek neer te zetten. Ze was heel lang stil en
staarde aandachtig in haar lege koffiekopje. Toen schraapte ze haar keel en
vertelde dat toen het medium kwam om het huis te zuiveren ze plotseling allebei
een vreemd luchtje roken. Een benzinelucht meende zij maar het medium dacht wat
anders. Ook sloeg er in de verte een autodeur maar het was midden in de nacht
en de parkeerplaats was uitgestorven. Het zou zo maar eens het oude mannetje geweest
kunnen zijn die op aanwijzing van het medium voor de laatste keer in zijn Fiat
850 stapte en naar het licht aan gene zijde reed.
Maar ik twijfel. Voor hetzelfde geld was het de geest van de
scheikundeleraar die de blikjes lysol wilde bijvullen in het niet meer
bestaande houten schoolgebouw. We zullen het nooit weten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten